vrijdag 30 november 2012

Plaatjes van de dobbelstenen

Ik ben begonnen met het zoeken van plaatjes bij verschillende woorden die aan bod komen.
Dit zijn de plaatjes/woorden die horen bij de dobbelsteen wie.

Hier kan je de plaatjes/woorden terugvinden die horen bij de dobbelsteen waar.
Dit zijn de plaatjes/woorden die horen bij de dobbelsteen probleem
Hier kan je de plaatjes/woorden terugvinden die horen bij de dobbelsteen wanneer
Dit zijn de plaatjes/woorden die horen bij de dobbelsteen emotie

Verteldobbelstenen

Ik heb besloten om verteldobbelstenen te gaan ontwerpen. Ik wil graag verschillende dobbelstenen ontwerpen met daarop afbeeldingen en/of woorden. Kinderen gooien met deze dobbelstenen en proberen met de afbeeldingen/woorden een verhaal te verzinnen. Er zijn twee dobbelstenen voor wie er in het verhaal voorkomen. Een dobbelsteen voor waar het verhaal zich afspeelt. Een dobbelsteen wanneer het verhaal zich afspeelt. Een dobbelsteen voor een probleem dat zich voordoet en een dobbelsteen voor de emotie van een persoon. De woorden die ik heb gekozen komen allemaal uit de woordenlijst van digiwak.nl en zijn woorden die kinderen in groep 5 moeten beheersen.
Voordat kinderen dit spel gaan spelen:
-          wordt er getoetst welke woorden er nog niet begrepen worden (breinkaart/mindmap)
-          worden woorden uitgelegd aan de hand van modeling, tekst, plaatjes, filmpjes à tegemoet komen aan de verschillende intelligenties!
-          Didactische structuren worden gebruikt om de woordenschat te laten beklijven. Denk aan wie/wat ben ik, binnen/buitenkring etc.

De kinderen kunnen nu aan de slag met de dobbelstenen! Ze kunnen hun eigen verhalen verzinnen aan de hand van de plaatjes/woorden. Om het verhaal te maken moeten zij wel weten wat de plaatjes/woorden betekenen. Door het samenwerken leren leerlingen van en aan elkaar.

Groepswerk heeft meestal tot gevolg dat sommige leerlingen al het werk doen en andere kinderen weinig tot niets doen. Bij dit spel is dit uitgesloten aangezien alle vier de basisprincipes van coöperatief leren aan bod komen.
Gelijke deelname à  elke leerling voert een ander onderdeel van de opdracht uit. Natuurlijk zijn deze taken ruwweg allemaal gelijk, zodat ze ieder evenveel doen. Iedere leerling heeft 1 dobbelsteen waarbij hij/zij een stukje van het verhaal vertelt.
Individuele aanspreekbaarheid à de leerlingen zijn afhankelijk  van elkaar. Het moet een kloppend verhaal worden. Ieder kind schrijft in een verschillende kleur zijn of haar stukje op, zodat de leerkracht kan zien wie wat heeft geschreven. Door dit te doen ontstaan er geen meelifters of werkpaarden. Iedereen zal evenveel zijn/haar best doen.
Positieve Wederzijdse Afhankelijkheid à de leerlingen hebben elkaar nodig om het verhaal met succes te maken.
Simultane Actie à meerdere kinderen in een klas zijn tegelijk bezig met de opdracht.

De woorden die ik heb uitgekozen staan in de bijlage.